Het vloeiend over bevroren water bewegen is al jaren een van de favoriete activiteiten die in de winter gedaan wordt. Velen kijken ernaar uit om in de winter weer op het ijs te mogen staan met schaatsen onder de voeten. Maar hoe is schaatsen eigenlijk ontstaan? Lees dan vooral verder om achter verschillende feitjes van de sport schaatsen te komen.
De oorsprong van schaatsen
Archeologen zeggen dat schaatsen is ontstaan rond het jaar 30000 voor Christus, maar het is natuurlijk lastig om te zeggen wie schaatsen heeft bedacht. Wel is duidelijk dat de schaatsen die vroeger gebruikt werden niet van metaal waren. Schaatsen waren toentertijd gemaakt van dierlijke botten, ook wel de ‘bot-schaatsen’ genoemd.
Wat waren de eerste schaatsen?
De eerste schaats die uitgevonden werd bestond uit botten van runderen en paarden, dit waren de voorlopers van de moderne schaatsen. De botten werden onder mensen hun voeten gebonden door middel van leren riemen waardoor het mogelijk werd voor mensen om zich over bevroren water te verplaatsen. Schaatsen was makkelijker dan lopen over een moerassige ondergrond. Zo werd het schaatsen over ijs als een praktisch transportmiddel gezien.
De evolutie van schaatsen
De evolutie van de schaatsen speelde vooral in de lage landen van Europa, dit gebeurde met name in Nederland. Zo was Nederland in de middeleeuwen ook de eerste in het uitvinden van schaatsen met metalen bladen. In Nederland stroomt veel water waardoor de Nederlanders een verbeterde variant van de schaatsen wilden uitvinden, met als doel om sneller, wendbaarder en efficiënter over het water te kunnen verplaatsen.
Met de komst van de Industriële Revolutie was het mogelijk om de schaatsen nog stabieler en sneller te maken op het ijs. In plaats van metalen bladen waren de schaatsen nu volledig van metaal gemaakt. Daarnaast was de bevestiging van de schaatsen onder schoenen ook geavanceerder geworden.
Eind jaren 90 is de klapschaats geïntroduceerd. Door deze manier van mechanisme was het mogelijk om nog efficiënter af te zetten tegen het ijs en nog sneller te schaatsen op het ijs. Dit zorgde voor snellere tijden op het ijs en een nieuw tijdperk voor het schaatsen door onder andere de komst van de Elfstedentocht.
De grootste schaatsers uit de historie
Schaatsen heeft een rijke historie als het gaat over wedstrijden, zo zijn er ook veel grote namen binnen de schaatswereld. Deze zijn op een rijtje gezet:
Eric Heiden
Afkomstig uit de Verenigde Staten, domineerde Eric Heiden de Olympische Spelen van 1980. Dit deed hij door vijf gouden medailles te winnen op alle afstanden. Deze afstanden waren 500, 1.000, 1.500, 5.000 en 10.000 meter.
Ard Schenk
Ard wordt beschouwd als een van de succesvolste schaatsers van de jaren 70. De Nederlander won in Sapporo, een plaats in Japan, 3 gouden medailles op de Olympische Spelen. Hij werd toen ook wel de succesvolste sporter van de Winterspelen genoemd. Daarnaast is hij ook meerdere malen wereldkampioen geworden.
Ireen Wüst
Ireen Wüst is voormalig schaatsster. Zij is de eerste sporter ter wereld die goud won op vijf opeenvolgende Olympische Spelen. Haar eerste gouden medaille won ze toen zij 19 jaar was, dit was op de 3000 meter.
Sven Kramer
Sven kramer, ook wel “Sven the Man” genoemd, is drievoudig olympisch kampioen op de 5000 meter. Echter is dit niet het enige wat hij heeft gewonnen, hij is namelijk ook:
- Enkelvoudig olympisch kampioen op de ploegenachtervolging
- Negenvoudig wereldkampioen allround
- Tienvoudig Europees kampioen allround
- Achtmaal wereldkampioen op de 5000 meter
- Vijfmaal wereldkampioen op de 10.000 meter
- Achtmaal wereldkampioen op de ploegenachtervolging.
Vandaar zijn bijnaam: “Sven the Man”.
Johann Olav Koss
De Noor Johann Olav Koss kende grote successen in de jaren negentig. Hij was voormalig langebaanschaatser en won medailles op de Olympische Spelen van 1998 in Calgary. Zo is hij drievoudig kampioen geworden tijdens de spelen in 1998.